Van Toen en Nu 5
‘Kom, stap door de spiegel. Waar was je al die tijd?’ De stem klonk zo vanzelfsprekend dat hij maar heel eventjes dacht aan alles wat hij achter moest laten; vrouw en kind, huis en hypotheek en alle mooie vakanties die er de laatste jaren waren gevierd. Met dat alles was niks mis, maar wat hij in de steeds wijder worden kier in de spiegel zag -inmiddels stond het spiegelglas halfopen- was een wereld vol verlangen en onwetendheid. Hij zag zichzelf daarin bewegen, soepel en ongebonden, nog niet geteisterd door ervaring maar fris en met de daverende arrogantie van de jeugd. En toen, hij hoefde er feitelijk niet eens lang over na te denken, deed hij een stap voorwaarts, eerst zijn ene been, dan z’n bovenlijf en toen het andere been. Het had iets hufterigs, maar hij keek zelfs niet eens meer om naar waar hij vandaan kwam en stapte zo zijn oude en vertrouwde jeugd weer binnen.
Er wordt beweerd door mensen die zeggen er verstand van te hebben (pas dan altijd op!) dat elk mens ergens blijft steken in z’n absolute leeftijd. Hoe oud hij/zij ook wordt, altijd, diepweg verstopt, regeert die ene leeftijd als een potentaat over het rijk van de onbewuste regionen. Bij Jack, nu hij er over nadenkt, ligt die leeftijd zo rond z’n twintigste en is de teller blijven staan op 1970. Even uitgaand van afgeronde getallen en reken het niet na, want getallen zijn sowieso niet z’n sterkste kant. Bij elke brief met meer cijfers dan de datum erboven begint hij al te zweten. Dat was toen zo en dat is altijd zo gebleven, weet hij nu.
Maar goed, genoeg getheoretiseerd. De volgende afleveringen gaan u terugnemen in de tijd, terug naar een regenachtige maandagavond in De Pilaren, het enige echte bruine café in Alkmaar waar het bruin is ontstaan door de rook boven het vuur der gesprekken en niet uit een potje, en waarop hij wordt opgepikt door een vrouw voor een les in de liefde die hem is bijgebleven tot op de dag van vandaag. Wordt dus vervolgd…