Knaap

Wat nu de Sint Jorisstraat is, was vroeger de speelplaats van de Wilhelminaschool en die mondde weer uit op het Doelenveld. Aan de muur van de school hing een bel, die werd geluid als de school begon. Daar ging het hoofd van de school over, meneer Knaap, zijn lievelingsmeester, die met zijn sigaar in de mond maar net bij het touw kon om de bel te luiden.Toen zat-ie al in de zesde klas en aan tafel thuis hoorde hij termen als ‘bestedingsbeperking’ en ‘hoogconjuctuur’. Thuis hadden ze het nog nooit zo goed gehad en hij hoopte maar dat dat nog even zou duren zodat hij, als hij van school kwam, makkelijk werk zou vinden en veel geld zou verdienen.
Meester Knaap was aardig; een absolute voorwaarde om iets op te steken als je in de schoolbanken zit. Hij kwam zelfs bij meester Knaap thuis in de Steijnstraat, mocht-ie het aquarium schoonmaken en ruilden ze waterplanten onderling. Daar werd toen niets achter gezocht en waarom zou je ook. Nee, over meester Knaap geen kwaad woord. Waren alle meesters maar zo als hij.
Halverwege het schooljaar ging meester Knaap dood. Dat was een klap van nauwelijks te bevatten omvang. Nooit zou meester Knaap meer de bel luiden, het huis in de Steijnstraat heeft hij nooit meer van binnen gezien en aan alle schoolse vordering kwam abrupt een einde. De hele klas was in de aula van de Algemene Begraafplaats aanwezig. Daar waren ze trots op, want het was wel mooi hun meester die dood gegaan was. Ook op de foto van hun klas in de krant tijdens de rouwdienst waren ze trots, maar al gauw daarna overheerste het onbegrip en het verdriet. Verdriet dat bij elke nieuwe meester, een vervanger, weer bij hem naar boven kwam..
Na dat laatste jaar ging hij van school. Bij de rapportuitreiking, een plechtig moment, werden ze toegesproken. ‘Het ging hun goed’ en ‘Blijf je best doen’. Daar zou meester Knaap een heel ander verhaal op gezet hebben. In ieder geval bij hem wel, wist hij. Maar alle anderen schenen meester Knaap te zijn vergeten. Niet lang daarna hoorde de ‘bestedingsbeperking’ tot het verleden en gingen de mensen kopen-op-krediet, waar bij hem thuis afkeurend over gesproken werd. Maar de ‘hoogconjuctuur’ floreerde als nooit te voren.

Back To Top